Longmaligniteiten kunnen sluimeren in het lichaam

Een recente studie door specialisten van Cancer Research UK heeft aangetoond dat kanker in een zogenaamde "slapende" toestand in het lichaam aanwezig kan zijn. Longkanker met de eerste genetische kwaadaardige veranderingen op cellulair niveau, die voornamelijk worden veroorzaakt door slechte gewoonten of vervuilde lucht, kan zich pas na 20 jaar manifesteren en de ziekte kan niet worden gediagnosticeerd. Maar op een gegeven moment leidt extra stimulatie tot agressieve groei van pathogene cellen en de ontwikkeling van een tumor.

Deskundigen hebben ook vastgesteld dat de veranderingen die het pathologische proces op genniveau activeren, in verschillende delen van de tumor verschillend plaatsvinden. Dit verklaart volgens wetenschappers de genetische heterogeniteit van het kankerproces en de moeilijkheden bij de behandeling ervan.

De auteurs van het wetenschappelijke project voerden een grondige analyse uit van de genetische profielen van het kankerproces in de longen van een groep patiënten. De deelnemers aan het onderzoek kregen de diagnose van de meest voorkomende vorm van de ziekte: niet-kleincellige longkanker . De projectvrijwilligers waren huidige en voormalige rokers, evenals mensen die nooit hadden gerookt.

De specialisten slaagden erin het genoom van verschillende delen van de tumor volledig te ontcijferen, rekening houdend met mutaties in de cellen (de wetenschappers hielden rekening met veranderingen in zowel alle cellen als in individuele cellen). Dankzij deze methode konden de wetenschappers de ontwikkeling van de tumor reconstrueren en tegelijkertijd veranderingen gedurende de gehele tumorgroeifase (van begin tot eind) vaststellen.

De wetenschappers besteedden speciale aandacht aan patiënten die in het verleden hadden gerookt. Ze ontdekten dat de eerste veranderingen in de longcellen meer dan twintig jaar geleden plaatsvonden, in een tijd dat de deelnemers aan het project nog rookten.

Bovendien toonde de analyse aan dat genetische mutaties in de tumor verschillend optreden: in sommige gebieden werden veranderingen gedetecteerd die in andere volledig afwezig waren. Volgens de onderzoekers leidt een dergelijke ongelijkheid in veranderingen ertoe dat kwaadaardige longtumoren extreem moeilijk te behandelen zijn.

Bijvoorbeeld, chemotherapie die wordt gekozen op basis van de uitslag van een biopsie van één deel van de tumor, blijkt totaal niet effectief te zijn op een ander deel van de tumor. De tumor blijft echter met hernieuwde kracht groeien.

Deskundigen kwamen op basis van het onderzoek tot de conclusie dat het van groot belang is om longkanker in een vroeg stadium van de ziekte te diagnosticeren, nog voordat de tumor genetisch bepaald is.

Een van de effectieve methoden voor vroege diagnose van longkanker is mogelijk een bloedtest op tumor-DNA. Een dergelijke analyse is al door sommige biotechbedrijven ontwikkeld. Deze vorm van diagnostiek maakt het mogelijk om het proces in een vroeg stadium te identificeren, wat vooral belangrijk is voor zowel huidige als voormalige rokers.

Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie heeft de wereld de hoogste incidentie en sterftecijfers als gevolg van kwaadaardige longtumoren.